Straatnamen
Je staat er misschien niet bij stil, maar bij het bepalen van straatnamen komt veel kijken. Wij zochten het uit en doken in de wereld van de straatnamen.
Straatnamen en huisnummers werden in Nederland pas in de negentiende eeuw ingevoerd. Vanaf dat moment werden er straatnaambordjes aan de gevels bevestigd. Veel straten kregen toen officieel de namen die in de volksmond al werden gebruikt. Hierbij liet men zich inspireren door de functie van de straat: veemarkt, hoofdweg, de ligging: achter de kerk, iemand die er had gewoond, of een object dat er stond. Zo verwijst de Haarlemse Fonteinlaan naar een fontein die aan het begin van de 20e eeuw aan de Dreef stond bij het begin van het hertenkamp.
Wie bedenken de straatnamen?
Elke Gemeente heeft zijn eigen procedure voor de naamgeving van straten. Op de website van de Gemeente Amsterdam lezen we het volgende: “Het college van B en W is als enige bevoegd om namen voor een openbare ruimte vast te stellen, te wijzigen of in te trekken. De Commissie naamgeving openbare ruimten (CNOR), een door het college ingestelde adviescommissie, waarborgt de kwaliteit van, en de eenheid in, de naamgeving.” Als burger kan je in veel gevallen suggesties doen voor nieuwe straatnamen, mits deze voldoen aan de regels die gelden binnen de betreffende gemeente.
De basisgegevens van alle adressen worden vastgelegd in de Basisregistratie Adressen en Gebouwd, afgekort: BAG. Dit register is openbaar en kan doorzocht worden via bagviewer.kadaster.nl.
Regels voor straatnamen
Vrijwel alle Nederlandse gemeenten hebben regelgeving hieromtrent straatnamen vastgelegd in een straatnaamverordening. Maar de regels voor straatnamen kunnen dus van gemeente tot gemeente verschillen. Kijken we weer naar Amsterdam, dan gelden bijvoorbeeld deze criteria: “Een voor vernoeming voorgedragen persoon moet blijk hebben gegeven van bijzondere verdiensten voor de Amsterdamse samenleving of de samenleving in bredere zin.” Maar dat geldt niet voor nog levende personen: “Personen worden pas vernoemd vanaf vijf jaar na overlijden, met uitzondering van leden van het Koninklijk Huis.” En het mag niet modegevoelig zijn: “Omdat naamgeving voor (zeer) lange termijn geldt, moet worden gewaakt voor modieuze naamgeving en moet terughoudendheid worden betracht bij naamgeving op grond van actualiteiten.” In Amsterdam hebben vrouwennamen trouwens de voorkeur: “Bij persoonsvernoemingen verdient het toekennen van namen van vrouwen en andere ondervertegenwoordigde groepen uit de samenleving de voorkeur. Diversiteit staat hierbij voorop.”
Straatnaamborden
Bij onze zoektocht naar het verhaal achter de straatnamen, kwamen we bij de Gemeente Haarlem een handboek voor straatnaamborden tegen. In dit document uit 2016 staat precies beschreven hoe de straatnaamborden in Haarlem er uit moeten zien, van welk materiaal ze gemaakt dienen te worden en hoe ze moeten worden geplaatst. Zo moeten de borden in de Oude Stad worden gemaakt van aluminium zandgietsel en/of gefreesd aluminium. Hiermee wordt verwezen naar de oude gietijzeren borden. De borden moeten zo veel mogelijk worden gemonteerd op de gevels.
Bron: Handboek Straatnaamborden Gemeente Haarlem
Wat betekent mijn straatnaam?
Veel straatnamen zijn makkelijk te verklaren, vooral als het gaat om bekende personen. Maar je ziet ook regelmatig straatnamen die niet direct naar de oorsprong zijn te herleiden. In dat geval kan je vaak terecht bij Wikipedia. Of kijk eens op de site www.overstraatnamen.nl. Dit is een website die hoort bij het boek Over straatname met name. De auteur heeft op zijn site een verwijzing geplaatst naar sites met verklaring van straatnamen voor diverse plaatsen. Overstraatnamen.nl is trouwens een leuke site als je meer wilt weten over straatnamen. Volgens dezelfde site is de Ir. Mr. Dr. van Waterschoot van der Grachtstraat in Heerlen de langste straatnaam van Nederland.
Boeken over straatnamen
Ook zijn er diverse boeken per plaats uitgegeven waarin je een verklaring per straat kan terugvinden. Voor Haarlem is er het boek De straat waarin wij wonen, waarin alle Haarlemse straatnamen tot 1998 zijn terug te vinden. Op de openingsfoto van dit artikel zie je bijvoorbeeld de Haarlemse straatnaam Meester Lottelaan. Dit wordt in het boek als volgt toegelicht: “Gemeentearchivaris mr. A.J. Enschedé verklaarde in een brief aan de gemeenteraad van 22 november 1892 deze naam als afkomstig van een bewoner, Mr. Claes Lottynsz. In Verponding 1628 wordt al gesproken over ‘Mr. Lottslaen’. In de 17de eeuw heette de Mr. Lottenlaan ook wel de Napelslaan naar Jan van Napels, die van 1653 tot 1642 met Outgert Pietersz. Procedeerde tegen de regering van Haarlem over het gebruik van de Meesterlotten- of Napelslaan in De Hout. De regering van Haarlem wilde deze laan namelijk slechts als ‘notweg’ en niet als rijweg beschouwen.”